hou van mij vroeg ik haar
hou van mij
zoals je nog nooit gehouden hebt
leg je handen als een schelp om mijn hart
warm het streel het troost het
zodat het door jouw liefde blijft kloppen
mij adem blijft geven
leven blijft geven

dan kan ik je weer terughouden van

hou van mij vroeg ik haar
hou van mij
alsof ik je eersteling ben
je laatsteling
je enigsteling
je plots gezien en voor gevallenling
en blijf
dat vooral
blijf

dan kan ik je weer terughouden van

hou van mij vroeg ik haar
hou van mij
om het mij te leren
om mij te leren hoe het voelt
hoe houden van is bedoeld
van een ander
maar vooral van mezelf
hoe ik door die ander
door jou
weer mezelf word
om van te houden

dan kan ik je weer terughouden van

hou van mij vroeg ik haar
hou van mij
alsof je eigen hart er vanaf hangt
dat je eigen hart een half hart is
en onze harten samen
één huis zijn
met een deurmat
met ik hou van jou erop
waar ik dan nooit mijn schoenen op afveeg
en jou eroverheen til
elke dag opnieuw

dan kan ik je weer terughouden van

hou van mij vroeg ik haar
hou van mij
omdat omdat ik…
kom hou nou maar gewoon van mij
wij moeten zo zijn
het is niet anders en ook niet andersom
dat zeg ik je roep ik je schreeuw ik je
toe
elke nacht
dat ik op je wacht

dan kunnen we elkaar weer terughouden van

maar weet je
hou ook van jezelf zei ik haar
hou van jezelf
zoals je nog nooit gehouden hebt
leg je met bont gevoerde handen om je hart
warm het streel het troost het
zodat het blijft kloppen door je eigen liefde
jou adem blijft geven
leven blijft geven

dan kan je ook weer terughouden van mij

 

{ dit gedicht maakt deel uit van de bundel Lef en is gepubliceerd in Wie heeft hier met verf lopen smijten? ~ Querido’s Poëziespektakel 3 }

terug naar archiefkast